Ik heb iets met beauty pageants. Ik vind ze nutteloos en rolbevestigend en toch zit ik elk jaar likkebaardend te wachten op het Miss Suriname Beauty Pageant.
Drie jaar geleden besloot een jonge, ambitieuze vrouw dat we in dit land iets missten: ze bekeerde zich tot de pageantcultus en verspreidt sindsdien – desnoods met geweld – haar evangelie. Alles en iedereen moet eraan geloven en nu hebben we een Miss Suriname, een Little Miss Suriname en een Miss Teen Suriname. Deze miss moet natuurlijk afgevaardigd worden en haar bestemming wordt bepaald door de hand te steken in een hoge hoed nadat Miss Universe en Miss World er het witte konijn uit hebben gehaald. In keutelige landjes en dubieuze pageants maken deze ambassadeurs volgens de organisatie altijd een ‘goede beurt’.
Maar goed, je bent gekomen voor de show. Als je je stoel weer hebt kunnen veroveren, valt je op dat de visagiste klaarblijkelijk misverstanden over haar competentie wil voorkomen. Dus bezuinigt ze niet en beschildert de missen hun snoetjes royaal met make-up. Ze vergeet daarbij de rest van hun lichaam, want in de bikinironde verdwijnen de slappe broekjes grotendeels in de misselijke billen met putjes en vlekken.
De organisatie heeft een avond van ‘glitter and glamour’ beloofd. Ze heeft haar woord gehouden: het satijn van de gepromoveerde bruidsmeisjesjurken die door lokale designers zijn ‘ontworpen’ en waarvan sommigen op opgespoten slagroomtaarten lijken, wedijvert met de zweterige, glimmende gezichten van de missen.
De vragenronde is doffe ellende. Ligt het aan het intelligentieniveau of zijn het de zenuwen, of ligt het aan het publiek dat balorig de sterren van het Marriott trekt door luid ‘boe’ te roepen? In ieder geval is van de meeste meisjes de harde schijf gecrasht: ze kunnen de uit hun hoofd geleerde antwoorden nauwelijks produceren.
‘Beste contestante, wat zeg jij als ik zeg afval?’
‘Afval’. Ze richt het woord tot het publiek: ‘Goedenavond, afval.’ Er sneuvelen meer sterren.
Zo leer ik dat je ondernemen moet ondernemen, dat je door gezondheid naar de dokter moet gaan en dat Suriname een betere toekomst zal hebben in de toekomst. De plank wordt flink miss geslagen met lidwoorden. Het publiek protesteert. Een boze organisator komt met vlammende ogen op het podium: ze commandeert het publiek te zwijgen als de dames antwoord geven. Waar is het respect voor uzelf, u die uw keiharde SRD’s hebt neergeteld voor een show op niveau? Waar is het respect voor de ministers hier aanwezig, voor de Belangrijke Personen? Waar is het respect voor de meisjes, voor de organisatie die vier maanden lang bloed, zweet en tranen in deze avond heeft gestopt, de organisatie die ik, Farida Soebhan, heb opgericht? Woedend slaat ze zichzelf op en tussen haar borsten, hoe kan men zo negatief zijn, de organisatie heeft zich immers uit de naad gewerkt, hun ballen hebben ze gezweet om de meisjes hun persoonlijke mening over woorden als incest, toerisme en HIV aan te leren.
Mijn nagels sloegen zich in deze rat, deze onverwacht vette prooi. De stompzinnigheid van een beauty pageant is weer bewezen. De organisatie APRA (Angel Public Relations and Administration) had een troep papegaaien de vragen en de antwoorden kunnen leren; zij hadden zonder haperen correct geantwoord. Gelukkig heeft Suriname wél mooie, intelligente vrouwen die slim genoeg zijn om ver weg te blijven van dergelijke contesten waar de nadruk wordt gelegd op de ‘innerlijke schoonheid en intelligentie’.
Volgend jaar kijk ik weer, dit had ik voor geen goud willen missen!